Bowen (JA1) mikt op Paralympics
Bowen de Haas, lid van het team Jongens A1 van Rensa Family Orion en ook spelend in Heren 7, was erbij op de talentendag Paralympische Spelen op Papendal. Bowen wil de wereld laten zien wat hij met zijn handicap allemaal kan op sportief gebied. Bondscoach Alfred Oonk: ,, Jongens als Bowen hebben we nodig om die paralympische droom waar te maken,’’ Hieronder een artikel uit De Gelderlander over de bevindingen op deze bijzondere talentdag.
Zoektocht naar jong paralympisch talent op Papendal: ‘Die dag heeft mijn leven op z’n kop gezet.’’
Door Robbin Wubben
Voor veel sporters met een handicap begint de route naar het hoogste podium, de Paralympische Spelen, op de paralympische talentdag. We namen afgelopen weekend een kijkje op Papendal, waar coaches azen op nieuwe pupillen. ,,Hem willen we er heel graag bij hebben.’’
Zo’n 75 sportieve talenten tussen de 12 en 35 jaar lopen en rollen deze zondag Nationaal Sportcentrum Papendal in Arnhem binnen. Daar vindt de veertiende editie van de paralympische talentdag plaats. Het idee voor de dag deed André Cats, nu technisch directeur bij sportkoepel NOC*NSF, in 2008 op in Australië.
,,Voor die tijd hing talentscouting in de parasport in Nederland van toevalligheden aan elkaar’’, vertelt hij. ,,Via via, of omdat je toevallig ergens iets hoorde. Dat werkte ook niet slecht, maar ik vond dat er meer structuur in moest komen. In 2009 organiseerden we de eerste talentdag en sindsdien zijn er ruim 250 deelnemers ingestroomd bij de opleidings- en topsportprogramma’s.’’
Bowen de Haas. Foto Robert van de Gevel
Een van die sporters is Xena Wimmenhoeve. Zij kwam in 2016 naar de paralympische talentdag en won met de Nederlandse rolstoelbasketbalsters inmiddels goud op EK’s, WK’s en de Paralympische Spelen. ,,Na mijn onderbeenamputatie was rennen het enige dat ik niet meer kon. Ik wilde op die talentdag ontdekken hoe ik dat weer kon leren, dus koos ik voor atletiek; meer niet. Een rolstoelsport leek me saai, maar ik werd door de organisatie ook ingedeeld bij rolstoelbasketbal. En ik was meteen verkocht. De coaches wilden me graag terugzien en niet veel later was ik fulltime topsporter. Die dag heeft mijn leven op z’n kop gezet.’’
Het gonst in het topsportrestaurant van Papendal van dat soort sportieve dromen. Het varieert van ‘een sport vinden die bij me past’ tot ‘ik wil naar de Paralympische Spelen’. Die laatste droom heeft ook de 15-jarige Bowen de Haas. Hij is met zijn vader Wilbert uit Varsseveld gekomen. Bowen is geboren zonder enkel en volleybalt met een prothese. Staand welteverstaan. Zijn doel op de talentdag? Hij wil in the picture komen bij het nationaal zitvolleybalteam. ,,Ik heb een paar jaar geleden al eens meegetraind, maar toen er in korte tijd veel wisselingen waren qua bondscoaches, is dat contact verwaterd. Het zou mooi zijn als we dat kunnen herstellen.’’ Haastig zegt hij erbij: ,,En ik wil naar de Paralympische Spelen.’’
Bescheiden
Bowen wil de wereld laten zien wat hij met zijn handicap allemaal kan op sportief gebied. Dáárom wil hij naar de Spelen. Op de paralympische talentdag doet hij naast zitvolleybal ook mee met rolstoeltennis, tafeltennis en de combinatie atletiek, wielrennen en triatlon. Sporten waar hij niet direct ervaring mee heeft. Bescheiden zegt hij: ,,Ik fiets elke dag naar school, dat is het.’’ Vader Wilbert is iets enthousiaster: ,,Hij fietst veel. En ontzettend hard. Ik ben heel benieuwd of ze dat in de metingen gaan zien.’’
Alle deelnemers worden tijdens de talentdag uitgebreid getest en beoordeeld op hun motorische vaardigheden. Waar de dag eerder nog veel weg had van een gezellige sportdag, is het sinds twee jaar meer losgetrokken van de sport. ,,Bondscoaches waren heel gretig om de beste talenten in hún programma te krijgen’’, legt Eelke van der Wal, prestatiemanager paralympische sporten bij NOC*NSF, uit. ,,Het uitgangspunt is nu meer: waar is iemand goed in, welke kwaliteiten en skills heeft hij of zij al, en wat is daar dan de best passende sport bij?’’
Vaardigheden
Waar talenten zich voorheen aanmeldden voor de sporten die ze leuk vonden, wordt die selectie nu gemaakt op basis van een uitgebreid aanmeldformulier. Naast de favoriete sporten moeten ze opgeven welke (medische) voorgeschiedenis er is en welke vaardigheden ze hebben. ,,Iedereen met een beperking mocht vroeger komen. En dan kwamen we er op de dag zelf achter dat zo iemand qua handicap niet geschikt was voor topsport’’, vertelt Sandra Titulaer.
De Rotterdamse revalidatiearts is een van de zogeheten classifiers die tijdens de talentdag aanwezig is. In de paralympische sport worden sporters in klassen ingedeeld naar de mate van beperking die ze ervaren bij hun sportbeoefening. Er zijn op het hoogste niveau tien soorten classificeerbare handicaps. Titulaer: ,,Als je een sport leuk vindt, moet je die vooral gaan doen. Maar op deze talentdag zoeken we sporters die de potentie hebben om naar de Paralympische Spelen te gaan. Daar hoort bij dat jouw handicap dan ook binnen de spelregels moet vallen.’’
Over Bowen heeft Titulaer geen twijfels: hij kan geclassificeerd worden. En de zitvolleybalcoaches? ,,Hem willen we er heel graag bij hebben’’, zegt bondscoach Alfred Oonk volmondig. ,,Ik kijk naar hoe de jonge sporters bewegen, hun motoriek, of ze balgevoel hebben. Het gaat erom wat ze wél kunnen. De rest kunnen we ze leren. Als er een bepaalde basis aan vaardigheden is, praten we over praktische zaken: woonplaats, zit hij of zij al bij een club of is er een geschikte vereniging in de buurt en is het mogelijk om een keer mee te komen trainen met het nationaal team.
,,Mijn advies aan Bowen is om lekker staand te blijven volleyballen bij zijn club Orion in Doetinchem en bij het Nederlands team mee te komen trainen. Wij zijn een team in opbouw, werken richting de Paralympische Spelen in 2028 – op z’n vroegst. En jongens als Bowen hebben we nodig om die paralympische droom waar te maken.’’
Opvolgen
Sportkoepel NOC*NSF houdt er rekening mee dat de paralympische ploeg in 2028 minder succesvol gaat zijn dan op de afgelopen Paralympische Spelen. In de komende jaren gaan veel van de huidige kampioenen stoppen en de talenten die dat moeten opvolgen, staan nog niet klaar.
De vier laatste Paralympische Spelen zat de Nederlandse ploeg in een stijgende lijn. In Peking (2008) won Nederland vijf gouden medailles en dat groeide naar 25 paralympisch kampioenen op de laatste Zomerspelen in Tokio (2021).
Voor de Paralympische Spelen in Parijs ziet Eelke van der Wal, prestatiemanager paralympische sporten bij NOC*NSF, het nog zonnig in. ,,Veel sporters die in Tokio succesvol waren, staan ook nu nog aan de top. Ik weet zeker dat we veel medailles gaan winnen.’’
Richting Los Angeles 2028 wordt dat heel anders. ,,Veel van de huidige kampioenen gaan voor die Spelen stoppen en er zijn te weinig talenten om dat gat te vullen. Daarom houd ik er rekening mee dat we in Los Angeles gaan ‘dippen’. De kans dat we nu nog talenten scouten die over vier jaar medailles winnen, is klein. Het kost gewoon tijd om de top te halen.’’
De redenen achter de aanstaande dip zijn divers, zegt Van der Wal. ,,Tijdens de coronajaren hebben we minder kunnen scouten en dat vertaalt zich nu naar topniveau. Ook hebben we ons de laatste jaren zo gefocust op topprestaties, dat er niet voldoende oog is geweest voor talentontwikkeling. Door onze top 10-ambitie ging de aandacht naar potentiële medaillewinnaars en zijn we in de breedte te weinig gegroeid.’’
De komende jaren wil NOC*NSF talentontwikkeling sterker verankeren in de paralympische topsportprogramma’s. Van der Wal: ,,Sommige sporten hebben al een talentcoach of -programma en dat willen we in de komende jaren voor alle sporten realiseren.’’
Foto aanhef: De 15-jarige Bowen de Haas (JA1) deed mee aan de paralympische talentdag. Koen Verheijden