PP: Humor en vlijmscherpe pen
Een rustbrengende senior tussen de soms wat overmoedige Benjamins van Heren 3 en een niet meer weg te denken columnist. Een man die met humor en een vaak vlijmscherpe pen in de Tribune-Info de vinger bij Rensa Family Orion op de zere plek legt.
Dat is Peter-Paul Dijkman, kortweg PP, die al weer 12 volleybaljaren bij de Doetinchemse vereniging achter zijn naam heeft staan. Welkom bij Tribune Talk, want dat is de veelgelezen column van Peter-Paul (33). Welkom ook bij Heren 3, waar hij als aanvoerder en passer/loper in de Tweede divisie B de leader of the band is tussen begin twintigers. ,,Je hebt te maken met twee verschillende generaties en vooral de jongsten reageren weleens wat anders.’’ Peter-Paul kiest zijn woorden weloverwogen en met nuance.
PP maakt alweer vijf jaar deel uit van Heren 3. En met nog drie wedstrijden te spelen is een klassering in de middenmoot het hoogst haalbare. ,,Rond de jaarwisseling hebben we binnen het team afgesproken voor plaats vijf of zes te gaan. Helaas lukt dat niet. Heren 3 is naast opleidingsteam een groep voor de breedtesport. Die hebben andere intenties. Bovendien deden zich aan het begin van het seizoen de nodige mutaties voor. Daardoor moest H3 aangevuld worden met spelers uit H4. Het blijft zoeken naar een weg die bij iedereen past.’’
Ook maakt Peter-Paul deel uit van de sponsorcommissie, een activiteit die eigenlijk niet bij hem past. ,,Je wordt er gewoon in getrokken, maar echt leuk vind ik het niet. ’t Is een noodzakelijk kwaad, iemand moet het doen. Eigenlijk is dat een treurige constatering.’’
Scribent
Naast volleyballen is Peter-Paul als vrijwilliger actief. Al acht seizoenen vaste scribent in de Tribune-Info, een uitgave van de Vriendenclub bij de thuiswedstrijden van de nationaal spelende Orionteams.
Als columnist zit PP niet op het niveau van Thomas Verbogt of Özcan Akyol (Eus), maar zijn gevarieerde bijdragen mogen er zijn. Wie een geweldig cijfer voor Nederlands op school veronderstelt, heeft het mis. ,,Dat was niet mijn favoriete vak. Wel geschiedenis, vooral Europa sinds 1600.’’ Zijn technische opleiding mbo-hbo megatronica, dat staat voor werktuigbouwkundig elektrotechnicus, weerhoudt hem niet om op spitsvondige wijze de gevoelige snaar te raken.
Zijn onderwerpen krijgen veelkleurige titels mee: Een Orion-podcast, ome Henk en zijn bijnamen, Master of Puppets, Cultuur, Doorbeunen en je hoofd houden, De edele kunst van het opfokken. Als uitsmijter: Professionals met ‘wedstrijden in Dieren zijn zo kut dat je daar het liefst zo snel mogelijk weg wilt zijn’.
Boek
Afijn, wat is de diepere bodem bij PP? ,,Duiding, stemmingmakerij, amusement of propaganda voor eigen gewin.’’ Einddoel: de verschijning van een boek. ,,Dat moet ik samen met Rik Reinders nog schrijven. Kan wel een meerjarenplan worden, maar de titel heb ik al.’’ Lacht: ,,En die verklap ik nog niet.’’
De reacties op zijn columns zijn overwegend positief. ,,De boodschap staat veelal tussen de regels en wordt niet altijd begrepen door het lijdend voorwerp.’’ Bijnamen worden niet geschuwd en hebben vaak een historische betekenis. Zo werd de oefenmeester van Heren 3 als eens uitgemaakt als de Grote Glorieuze of Geestelijk Leider en een passer/loper voor huiscommunist.
Ook worden die ‘lijdende voorwerpen’ soms naar hun beroep vernoemd. Voorbeeld: de tuinman die hovenier is, de engineer die doorgaat voor kapitein en de boswachter die in Wageningen studeert. In de categorie diversen de Kanselparelketting, wie dat ook moge zijn. De meest bekende is Henk, in PP’s bewoordingen ‘Zo stevig gecultiveerd dat men oprecht niet weet dat het Jens is’.
Poëtisch
Zijn inspiratiebron is meestal de zaterdagavond na een wedstrijd met een wijntje op de bank. PP blikt dan relaxed terug op het volleybalgebeuren en reacties binnen het team. ,,Ik moet dan wel in de juiste stemming zijn. Gemiddeld doe ik er zo’n twee uur over, zeker als het poëtisch is.’’
Over de toekomst van Rensa Family Orion en het Achterhoekse volleybal heeft hij een duidelijke mening. ,,We verkeren als vereniging niet meer in de luxe positie van vroeger. Opleidingen in de regio zijn er niet meer of van een lager niveau. Dat geldt vooral voor de mannen. Bij de dames speelt dat minder, die hebben meer clubgevoel. Op den duur zal het volleybal zich noodgedwongen moeten centraliseren.’’
Tekst: Rob Lureman
Foto’s: Martien Wassink